JEZUIETENKERK /STADSSCHOUWBURG

De voormalige stadsschouwburg, bekend als de Bonbonnière, is van oorsprong een door de Jezuïeten gebouwde kerk. De zestiende-eeuwse Maastrichtse stedeling zag in het hart van de oude binnenstad tussen Wolfstraat, Heggestraat, Bredestraat en Achter het Vleeshuis, een kleine Jezuïetengemeenschap met Latijnse school in omvang en belangrijkheid groeien van een kleine communauteit met een bescheiden kapel tot een bloeiende kloostergemeenschap, die een trotse kerk liet bouwen. De eerste kerk in Nederland gebouwd in die specifieke aan de orde van de Societas Jesu gelieerde stijl van de contrareformatie, de barok.

Maastricht telt slechts twee barokke kerken; naast de Jezuïetenkerk als eerste, is de Augustijnenkerk, de Awwe Stiene, de tweede barokke kerk in de stad. De Jezuïetenkerk werd tussen 1606 en 1612 gebouwd naar ontwerpen van de Jezuïetenpater Petrus Huyssens. In 1614 werd de kerk gewijd aan de heiligen Petrus en Paulus. De plattegrond van de kerk toonde één langwerpig schip met een tongewelf, waarin een zogenaamd pseudotransept tussen het koor en het schip was gebouwd. Links van de voorgevel (westzijde van de kerk) werd in 1615 een vierkante toren gebouwd. De wanden zijn opgetrokken uit mergelsteen afkomstig uit Zichen (B), maar de wanden rusten op een plint van Naamse hardsteen. Aan de westzijde zijn pilasters te zien, die het gevelvlak in drie traveeën verdelen en gebeeldhouwde consoles die een rijk geprofileerde kroonlijst dragen. Verticaal herkent men in de westelijke wandopbouw van onder naar boven de drie klassieke bouwordes: Dorisch, Ionisch en Korinthisch zoals gebruikelijk in de Italiaanse barokke bouwkunst. De kapitelen zijn van de Ionische orde en in de bovenste traveeën zijn ze Korinthisch. Aan de westzijde kreeg de entree tot de kerk een accent door een rondboog van zware rusticablokken.

In het huidige interieur is van het oorspronkelijke kerkgebouw vrijwel niets meer herkenbaar gebleven. Alleen aan de westelijke binnen gevel zijn nog enkele interieurresten bewaard gebleven in de vorm van een doorlopend fries met guirlandes in de Dorische orde.

De Maastrichtenaren zagen hoe in deze feestelijke barokkerk in de loop van twee eeuwen tussen 1785 en 1985 allereerst ten behoeve van de militairen van het garnizoen, vervolgens voor de mondaine negentiende-eeuwse Maastrichtse bourgeoisie en tenslotte voor de hele Maastrichtse gemeenschap de religieuze eredienst werd vervangen door de eredienst aan Bacchus en aan de Muzen.              

© Jac van den Boogard, 2025

Sponsoren